Dorothy Day – Radicaal, pacifist en katholiek

Ik heb altijd een diep ontzag voor mensen die hun hele leven lang volgens hoge idealen weten te leven. Zelf heb ik ook idealen. Over een eerlijke wereld en duurzaamheid en gastvrijheid. Ik doe mijn best om vegetarisch te eten en niet te vliegen en tweedehands kleding te kopen en maak me regelmatig boos of verdrietig over vluchtelingenbeleid. Maar echt verzet tegen onrecht is vermoeiend. Inmiddels woon ik in een huis dat niet bepaald energieneutraal is, staat er toch een auto naast de deur en weet ik eerlijk gezegd niet goed wat ik aan moet met mijn frustratie over de politiek.

Ik heb weleens gedacht dat het niet zo in mijn karakter zit om actie te voeren of me voortdurend uit te spreken op sociale media of waar dan ook. Maar de waarheid is, dat het gewoon erg veel energie kost om verontwaardigd te zijn en om in beweging te komen. Het is comfortabeler om je te richten op je eigen baan en familie en relaties, een wereld die vaak in zichzelf al genoeg van je vraagt. Ik kan me niet aan de gedachte onttrekken dat ik tekortschiet in het verlangen naar een betere wereld.

Toch zijn er af en toe van die mensen. Mensen die wél blijven protesteren, onvermoeibaar doorworstelen, een hoger doel voor ogen houden, inspiratie vormen voor anderen, steeds weer nieuwe manieren vinden om te werken aan rechtvaardigheid.

Dorothy Day hoorde bij deze categorie mensen. Eén van haar bekendste foto’s is die waarop ze als 75-jarige dame op een stoeltje zit, omringd door politie. Ze deed mee aan een staking van landarbeiders, werd daarbij gearresteerd en zat twee weken vast. In een brief vanuit de gevangenis spoorde ze kerkleiders aan om financiële hulp te bieden aan de zaak van deze arme arbeiders. “Vergeef me dat ik zo aanmatigend klink,’ schreef ze, ‘maar de woorden van Christus zijn zo duidelijk: ‘Verkoop wat je hebt en geef het aan de armen. (…) Het probleem is dat na elke revolutie de Kerk weer bezittingen opbouwt.”

Dorothy Day bleef haar leven lang duidelijk voor ogen houden wat belangrijk is: rechtvaardigheid, een eerlijke verdeling van welvaart, een plek om te wonen voor iedereen. Vorig jaar werd de biografie van deze opmerkelijke vrouw vertaald in het Nederlands: Alles is genade. Een biografie van Jim Forest waarin hij het leven van Dorothy Day nauwkeurig beschreef. Ik las het in een paar dagen uit, gefascineerd door dit levensverhaal. Ik neem jullie graag hierin mee.

Wie was Dorothy Day?

Dorothy Day werd geboren op 8 november 1897, als middelste van de vijf kinderen van Grace en John Day. Haar vader was sportjournalist en voor zijn werk verhuisde het gezin regelmatig: van Brooklyn naar San Francisco naar Chicago.

Dorothy las veel en graag. Hoewel haar ouders geen kerkgangers waren, raakte ze geïnteresseerd in de kerk en werd ze op tienjarige leeftijd gedoopt in de Episcopaalse Kerk. Als tiener ontwikkelde ze radicale politieke opvattingen, onder andere door de boeken die ze las – over klassenstrijd, over de vleesindustrie – en waar ze diep door geraakt werd. Die interesse en de sympathie voor het socialisme bleef groeien, zeker toen ze op zeventienjarige leeftijd ging studeren. Een jaar later vond ze dat ze genoeg gestudeerd had en begon ze haar loopbaan als journalist.

Het was een roerige tijd en Dorothy schreef over de meest uiteenlopende onderwerpen. Over demonstraties van arbeiders, over een opvanghuis voor voorwaardelijk veroordeelden, over anarchisten; ze interviewde Leon Trotski en bezocht bijeenkomsten over geboortebeperking, stakingen, deelname aan de oorlog en de oprichting van vakbonden. In 1917 protesteerde Dorothy samen met pacifisten en feministen voor het Witte Huis tegen deelname aan de oorlog. Dat was de eerste keer dat ze werd opgepakt. De vrouwen gingen in hongerstaking en werden na tien dagen vrijgelaten.

De weg naar de kerk

Toen Amerika uiteindelijk meedeed aan de oorlog, stopte Dorothy met haar journalistieke werk en werd ze tijdelijk leerlingverpleegster. Mensen stierven in grote aantallen aan de Spaanse Griep. Dorothy kreeg haar eerste relatie, die niet goed afliep: de man was wispelturig en jaloers en drong aan op abortus. Nadat ze die uiteindelijk onderging, verliet hij haar. Wat later trouwde Dorothy met een andere man, maar het huwelijk eindigde al binnen een jaar.

In 1924 schreef Dorothy haar eerste boek. Het leverde haar een mooi salaris op, waarmee ze een vissershuisje kocht in Staten Island. Niet veel later ontmoette ze Forster Batterham, met wie ze haar enige lange relatie had. Het was een rustige tijd, waarin Dorothy veel schreef en waarin ze zich gelukkig voelde. Ze raakte zwanger, wat ze ervaarde als een wonder. De religieuze gevoelens uit haar jeugd kwamen opnieuw naar boven en ze kon niet anders dan haar vreugde en dankbaarheid uiten in gebed. Dorothy begon naar de mis te gaan, liet haar dochter Tamar dopen, en wilde zelf het liefst trouwen in de kerk. Forster wilde dat pertinent niet. Uiteindelijk liep hun relatie hierom stuk en liet Dorothy zich eind 1927 dopen. Ze hoorde nu officieel bij de katholieke kerk.

De Catholic Worker Beweging

Dorothy bleef intens betrokken bij het lot van arbeiders en armen, en na nog een paar verschillende banen op uiteenlopende plaatsen in het land, ontmoette ze Peter Maurin. Een excentriek figuur met radicale ideeën. Het was op zijn aandringen dat Dorothy uiteindelijk zelf een krant begon vanuit het katholiek-sociale gedachtegoed. Als gelovig alternatief voor het communisme, socialisme en anarchisme trok dit vrijwel direct de aandacht. In mei 1933 begonnen ze met een oplage van 2500, aan het einde van dat jaar werden er 100.000 exemplaren gedrukt.

Eigenlijk ontstond de Catholic Worker Beweging toen als vanzelf. De redactieruimte werd een opvangplaats voor daklozen en andere armen en door de toestroom van donaties en vrijwilligers konden er huizen gehuurd worden om deze mensen op te vangen en te koken voor honderden anderen. In de jaren erna zou het uitgroeien tot een nationale en internationale beweging, die vandaag de dag nog steeds bestaat, met huizen van gastvrijheid over de hele wereld. ‘Het is moeilijk het evangelie te verkondigen aan mensen met een lege maag,’ was Dorothy’s overtuiging.

De krant – waarvan Dorothy het grootste deel vulde – publiceerde economisch-sociaal, politiek en religieus nieuws, en was strikt pacifistisch. Dat was ingewikkeld toen de Spaanse Burgeroorlog en daarna de Tweede Wereldoorlog uitbrak. In de tijd van de Koude Oorlog werd Dorothy zelfs beschouwd als communist en dus als bedreiging voor de nationale veiligheid – vanwege haar weigering de wapenwedloop goed te keuren of mee te gaan in de voorbereidingen voor een kernoorlog. Dorothy bleef protesteren tegen kernwapens, gaf haar stem aan de burgerrechtenbeweging en aan de demonstraties tegen de Vietnamoorlog.

inspiratie voor velen

Toen de Catholic Worker Beweging groeide en bekend werd, veranderde Dorothy’s leven. Ze werd regelmatig gevraagd voor lezingen en bezoeken aan andere Catholic Worker gemeenschappen. Ze reisde veel door de Verenigde Staten – overigens bezocht ze ook Cuba, Rusland, en Europa – en mensen zagen haar als voorbeeld van wat een niet-gewijde, gewone vrouw kon doen in een kerk die geleid werd door mannen. Haar boodschap dat Christus te zien was in de gezichten van de armen, was krachtig en inspirerend voor velen. Tegen degenen die zich machteloos voelden, in hun eentje tegenover al het onrecht, zei ze: ‘De grootste uitdaging van iedere dag is: een revolutie van het hart veroorzaken, een revolutie die moet beginnen bij ieder van ons.’

Ondanks alle aandacht was Dorothy zelf vaak eenzaam. Doordat ze zoveel reisde moest ze haar dochter achterlaten, ze miste een partner en leefde zelf ook vaak in armoedige omstandigheden. Het leven in de gemeenschappen van de Catholic Worker was lang niet altijd makkelijk. Zoals overal was er wrijving tussen mensen en er was regelmatig sprake van ruimtegebrek of financiële problemen. Een boerderijgemeenschap opzetten bleek bovendien een te grote uitdaging. Er is teveel rebelse mentaliteit, verzuchtte Dorothy weleens – wat meer gehoorzaamheid zou goed zijn.

Toen Dorothy ouder werd, groeide ook haar nageslacht. Dochter Tamar kreeg maar liefst negen kinderen en later kwamen er ook achterkleinkinderen. Dorothy genoot ervan om bij hen te zijn. Ze bleef zich moedig en plichtsgetrouw inzetten voor de armsten en gemarginaliseerden, zelfs toen ze op leeftijd begon te komen. Zo reisde ze nog naar India en ontmoette Moeder Theresa in Calcutta. Ze verloor niets van de scherpte in haar lezingen of artikelen. Ze bleef bovendien een vroom gelovige die veel tijd besteedde aan gebed en het bezoeken van de mis. Het leven van Theresia van Lisieux en haar ‘kleine weg van de heiligheid’ was altijd een grote inspiratie voor haar.

In 1976 sprak ze voor het laatst in het openbaar: over Gods liefde voor ieder mens. Ze zei: “Laten we allemaal streven naar een grotere armoede. Mijn moeder zei altijd: ‘Neem allemaal een beetje minder, dan is er voor iedereen plek.’ Er is altijd plek voor nog iemand aan onze tafel.”

Op 83-jarige leeftijd overleed Dorothy Day, met haar dochter naast zich. Ze werd begraven op Staten Island, met de tekst ‘Deo Gratias’ op haar grafsteen.

Haar nagedachtenis

Dorothy’s overtuigingen blijven hun zeggingskracht behouden tot ver na haar dood. De krant wordt nog steeds zeven keer per jaar uitgegeven, en er zijn zo’n 240 gemeenschappen die de gemarginaliseerden van de samenleving een thuis willen bieden, in navolging van de boodschap van Jezus Christus en in de geest van Dorothy Day en de Catholic Worker Movement.

Ook in Nederland is er zo’n huis van gastvrijheid: Het Jeannette Noelhuis in Amsterdam, dat al vanaf 1988 een plek is waar mensen opgevangen worden. Op de website www.noelhuis.nl zegt de gemeenschap zelf: “Onze levensstijl is gebaseerd op eenvoud, gastvrijheid, gebed en directe actie voor een betere samenleving.” En: “Ons streven is om het evangelie handen en voeten te geven door vreedzame getuigenissen op plekken waar het wringt en door concrete hulp aan de armsten.” Momenteel wonen er tien tot veertien mensen zonder papieren in het Noelhuis, naast de vaste bewoners.

Recent ontstond er nog een plaats in de geest van de Catholic Workerbeweging in Nederland: de Dorothy Gemeenschap in Amstelveen. Daar werken zes mensen aan de oprichting van een gastvrije gemeenschap die “vanuit een spiritualiteit van eenvoud een boodschap van barmhartigheid en rechtvaardigheid wil uitdragen.” (www.dorothygemeenschap.nl)

Ook ik laat me graag blijvend inspireren door het leven van deze vrouw. Om steeds weer terug te gaan naar de kern, het leven in eenvoud in navolging van Jezus Christus – dáár het zicht op te behouden temidden van alle afleiding van het dagelijkse bestaan.

Meer lezen

Jim Forest, Alles is genade. Een biografie van Dorothy Day (Eindhoven 2020). Oorspronkelijke uitgave: All is Grace: a Biography of Dorothy Day (New York 2011).

Haar autobiografie: The Long Loneliness. The autobiography of Dorothy Day (New York 1952)

Op YouTube zijn er verschillende samenvattende video’s over haar leven te bekijken. Zoals deze: Revolution of the Heart.